ING België - Financieel-economische perspectieven tweede jaarhelft 2020

Door Covid-19 konden alle economische verwachtingen voor het jaar 2020 bij het vuilnis worden gezet. De pandemie zorgde letterlijk en figuurlijk voor een quasi-stilstand van de wereldeconomie. Uit de mobiliteitsdata blijkt dat het tweede kwartaal nog een stuk slechter zal zijn dan het eerste, waardoor de terugval van het BBP voor het hele jaar de recessie van de financiële crisis ruimschoots overtreft.

De lange weg na corona

  • Door Covid-19 konden alle economische verwachtingen voor het jaar 2020 bij het vuilnis worden gezet. De pandemie zorgde letterlijk en figuurlijk voor een quasi-stilstand van de wereldeconomie. Uit de mobiliteitsdata blijkt dat het tweede kwartaal nog een stuk slechter zal zijn dan het eerste, waardoor de terugval van het BBP voor het hele jaar de recessie van de financiële crisis ruimschoots overtreft. Een negatieve groei van 6% à 10% lijkt voor de meeste industrielanden zeker. Het goede nieuws is dat het dieptepunt voorbij is, al blijft de activiteit vermoedelijk nog een hele tijd onder het normale niveau.
     
  • Zowat alle regeringen hebben forse budgettaire maatregelen genomen om de economische schok te dempen. “Binnen de Eurozone dreigt de pandemie voor nieuwe divergentie te zorgen, omdat de zwaarst getroffen landen het minste maneuvreerruimte op begrotingsgebied hebben,” stelt Peter Vanden Houte, Chief Economist van ING België. Ook het Brexit-dossier blijft een pijnpunt, al zal er waarschijnlijk wel een heel bescheiden handelsakkoord uit de bus komen.
     
  • Hoewel het herstel in eerste instantie V-vormig zal lijken, dreigt de post-Covid-wereld er een van duurzaam lage groei te worden. “Naast de weinig gunstige demografische evolutie zal de door corona aangerichte schade de seculiere stagnatie enkel maar versterken,” aldus Peter Vanden Houte. De hoge schuldgraad dreigt immers op de investeringen te wegen, terwijl de deglobaliseringstrend een bijkomende duw in de rug gekregen heeft, iets waar een nieuwe Amerikaanse president vermoedelijk weinig aan zal veranderen. De trage herneming betekent dat in de meeste landen het BBP maar in 2023 terug op het niveau van voor de crisis zal staan.
     
  • Trage groei betekent dat de schuldenlast moeilijk te beheersen wordt. Centrale banken zullen zich dan ook impliciet verplicht voelen de pijn te verzachten door nog lang een beleid van hele lage rente te voeren en een deel van de overheidsschuld op hun balans te houden. De vrees dat dit voor een snel oplopende inflatie zal zorgen, lijkt ongegrond gezien zowel de geldmultiplicator als de omloopsnelheid van het geld scherp zijn teruggevallen.
     
  • Waar heel wat analyses een nieuwe wereld zien ontstaan na Covid-19, zijn het waarschijnlijk eerder tendensen die al aanwezig waren voor de pandemie, die nu nog versterkt worden: digitalisering, groene transformatie en deglobalisering. Helaas lijkt vooral Europa op deze fronten op dit ogenblik het minste troefkaarten in handen te hebben.

Financiële repressie 2.0: The Fast & the Furious!

  • Beleggers zijn sinds 23 maart weer bereid om risico’s te nemen. De snelste beurscrash ooit (-34% in euro op een maand tijd) werd gevolgd door het snelste herstel (+37%)! De wereldwijde beurzen stonden midden juni weer op het niveau van februari, toen het coronavirus zich snel begon te verspreiden buiten China. De markten zijn dus op minder dan 100 dagen tijd van recessie en depressie naar herstel en euforie gegaan!
     
  • Soms lijkt het wel alsof de pandemie zich nooit heeft voorgedaan. Het is dan ook erg waarschijnlijk dat de risicoaversie opnieuw zal toenemen in de tweede helft van het jaar en de volatiliteit weer zal toeslaan op de financiële markten. De M2, een brede indicator voor de geldhoeveelheid, is het sterkst gestegen in de VS (+23%) sinds de Fed in 1960 gestart is met het bijhouden van de gegevens. Het is duidelijk dat deze overvloed aan liquiditeit een immense opwaartse druk op de aandelenkoersen zet. Maar volgens Luc Charlier, strateeg bij ING Belgium, doet dit niets af aan de vrees dat de rally geen lang leven beschoren is zodra de markt oog begint te krijgen voor de onderliggende kerncijfers van de economie en de bedrijven. Het feit dat de bedrijven hun winstprognoses niet halen, toont aan hoe moeilijk ze het tijdens de pandemie gehad hebben, een uitdaging die wellicht ook in de volgende verslagperiode aan de orde zal zijn. De meest recente prognose gaat uit van een daling met 25% van de wereldwijde winst per aandeel in 2020!
  • In deze omstandigheden wordt er nog altijd te veel risico genomen. Beleggers kunnen uiteraard de buitensporige volatiliteit op de beurs in vergelijking met obligaties negeren als ze dat wensen, maar het zou verrassend zijn als er geen beurscorrectie komt in de zomerperiode. Vandaar dat Luc Charlier hoogrentende obligaties en riskantere aandelen links laat liggen. In dit klimaat van lage groei is het aangewezen om te blijven beleggen in aandelen en obligaties van ondernemingen met solide winstcijfers, die voordeel halen uit de structurele veranderingen die de pandemie in onze manier van leven veroorzaakt.
    • Op de beurs zijn deze aandelen doorgaans terug te vinden, qua beleggingsstijl, bij de kwaliteitsaandelen en groeiaandelen, en qua sectoren in de gezondheidszorg, basisconsumptie en IT.
    • Op de obligatiemarkt wordt er best gekozen voor obligaties met een investment grade rating (overheids- en bedrijfsobligaties) aangezien de financieringsvoorwaarden nog altijd gunstig zijn voor bedrijven met een sterk financieel profiel.
    • Op de grondstoffenmarkt wordt goud steeds meer gezien als een alternatief voor riskantere activa en een bescherming tegen instabiliteit op de financiële markten.

ING outlookH2 2020 Jun2020.pdf

PDF - 3.9 Mb

Press Office

ING Belgium