Gedwongen sparen bij gezinnen met hoger inkomen stuwt spaargeld van Belgen naar nieuw record
Sinds 2009 geleden dat Belgen zoveel in beurs hebben geïnvesteerd
Eén op de vijf Belgen (21%) meent in 2020 meer gespaard te hebben door de coronacrisis, terwijl meer dan één op de vier (28%) het tegenovergestelde aangeeft. 74% van de Belgen die meer sparen, doen dit omdat ze door de crisis hun geld niet meer kunnen uitgeven zoals gewoonlijk. Gezinnen met het hoogste netto maandinkomen hebben het meest gespaard. Dat blijkt uit de grote internationale enquête van ING (IIS)1, waarbij gepolst werd naar de redenen waarom Belgen meer of minder hebben gespaard. Het onderzoek toont ook aan dat er in de eerste drie kwartalen van 2020 bijna 20 miljard euro aan het vermogen van de Belgen werd toegevoegd, een record.
De bedragen werden voornamelijk gestort op zicht- en spaarrekeningen, maar ook belegd. De hernieuwde belangstelling voor de aandelenmarkt wordt dan ook bevestigd: in negen maanden tijd werd 5,8 miljard euro in beursgenoteerde aandelen geïnvesteerd. Deze cijfers zijn sinds 2009 en de financiële crisis niet meer gezien!
Minder uitgaven en meer spaargeld, maar niet voor iedereen
Sinds het begin van de coronacrisis is de consumptie van de Belgen sterk gedaald2, dat is intussen bekend. Maar welke gezinnen hebben minder uitgegeven en/of meer gespaard? En vooral, wat zijn de redenen die hen ertoe hebben aangezet om hun gedrag te veranderen? Om dit te weten te komen en om de impact op het herstelpotentieel van de consumptie aan het einde van de crisis in te schatten, ondervroeg ING de Belgen hierover in de nieuwste editie van haar internationale enquête (IIS). Uit de resultaten blijkt dat 47% van de bevraagden zegt minder uit te geven door het coronavirus, terwijl slechts 11% zegt meer te spenderen. Tegelijkertijd verklaart 21% van de Belgen meer te sparen, terwijl 28% aangeeft minder te sparen. De helft (51%) van de respondenten is van mening dat hun spaargeld gestegen noch gedaald is. Deze situatie, die tussen de eerste en de tweede coronagolf weinig is veranderd, is vergelijkbaar met die in andere Europese landen, maar verschilt van die in de Verenigde Staten, waar 30% van de bevolking meer heeft gespaard.
Een andere bevinding: de sterke stijging van het spaargeld werd vooral opgemerkt bij de gezinnen met de hoogste netto-inkomens. Van de gezinnen met een netto maandinkomen van meer dan 3.500 euro heeft 26% meer gespaard door de coronacrisis. Van de Belgische gezinnen met een netto maandinkomen van minder dan 2.000 euro zegt slechts 19% meer geld te hebben gespaard.
“Deze vaststelling is niet zo verwonderlijk aangezien de stijging van de werkloosheid (al dan niet tijdelijk), en dus de daling van het inkomen, zich vooral voordeed in de sectoren met de laagste lonen. Bovendien hebben mensen met een lager loon over het algemeen de neiging om een groter deel van hun inkomen te consumeren, en die consumptie is gericht op uitgaven die moeilijker te schrappen zijn."
Charlotte de Montpellier, econome bij ING België
Gedwongen sparen door de gezondheidscrisis
De toename van het spaargeld bij sommige gezinnen is, volgens de resultaten van het onderzoek, in de eerste plaats een gevolg van de coronamaatregelen: de bevraagden kunnen hun geld niet spenderen zoals ze zouden willen. 74% van de Belgen die meer sparen, doen dit omdat ze hun geld niet kunnen uitgeven zoals gewoonlijk aangezien de winkels en restaurants gesloten, evenementen geannuleerd en vakanties onmogelijk zijn. Dit resultaat is zeer vergelijkbaar met wat in andere landen is waargenomen.
“De opgebouwde spaartegoeden zijn vooral gedwongen en dus niet uit voorzorg. Dat spaargeld kan dus massaal worden aangesproken zodra de crisis voorbij is, wat de consumptie in België sterk zou doen stijgen. Maar de sleutel ligt in het vertrouwen van de gezinnen. Als het vertrouwen op peil blijft, lijkt alles erop te wijzen dat dit spaargeld het herstel zal ondersteunen. Als het vertrouwen er echter op achteruitgaat, bestaat het risico dat de consumptie zich minder krachtig herstelt en dat zou slechtere vooruitzichten voor het economische herstel in België betekenen.”
Charlotte de Montpellier, econome bij ING België
Het spaargeld van de Belgen verzameld op rekeningen
Waar bevindt zich het spaargeld dat de Belgen sinds het begin van de crisis hebben opgebouwd? Om deze vraag te beantwoorden analyseerde het departement Economic Research van ING de gegevens over het vermogen van de Belgische gezinnen die door de Nationale Bank worden verzameld en momenteel beschikbaar zijn tot het einde van het derde kwartaal van 2020. De eerste bevinding is dat de extra spaarmiddelen van de Belgische gezinnen grotendeels zijn geparkeerd op zichtrekeningen, spaarrekeningen en in cash (die samen “liquiditeiten” kunnen worden genoemd). Op drie kwartalen tijd zijn de liquiditeiten van de Belgen met 19,8 miljard euro toegenomen, het hoogste cijfer ooit.
Op het einde van het derde kwartaal was de 464 miljard euro aan liquiditeiten van de Belgische gezinnen goed voor 33% van hun totale financiële vermogen, een stijging ten opzichte van 2019 (31,5%). Voor het eerst vertegenwoordigt het bedrag, dat wordt aangehouden op spaarrekeningen, op zichtrekeningen en in cash, meer dan 100% van het Belgische bbp (100,7% op het einde van het derde kwartaal van 2020, tegenover 92% eind 2019).
“Aangezien de coronamaatregelen opnieuw werden verstrengd in het vierde kwartaal en België opnieuw in lockdown ging in november, zijn de kapitaalstromen naar spaar- en zichtrekeningen en cash geld opnieuw gestegen op het einde van het jaar”, stelt Charlotte de Montpellier, econome van ING.
Hernieuwde interesse in de beurs en in beleggingsfondsen
Afgezien van liquiditeiten vloeide het kapitaal van de Belgen tijdens de eerste drie kwartalen van 2020 vooral naar de financiële markten. In die periode belegden de Belgische gezinnen 5,8 miljard euro in beursgenoteerde aandelen. Kwartaalstromen van deze omvang in beursgenoteerde aandelen zijn sinds het vierde kwartaal van 2009 niet meer gezien.
De geldstromen naar beursgenoteerde aandelen zijn sterk toegenomen, vermoedelijk voornamelijk door de toegenomen activiteit van de beleggers, die waarschijnlijk te danken is aan het feit dat er meer tijd beschikbaar is voor beurstransacties en aan de bereidheid om te profiteren van schommelingen op de financiële markten."
Charlotte de Montpellier, econome bij ING België
Ondanks deze belangrijke geldstromen vertegenwoordigen beursgenoteerde aandelen nog altijd slechts een klein deeltje van het bruto financieel vermogen van de Belgen (4,7% op het einde van het derde kwartaal van 2020), veel minder dan beleggingsfondsen (15,3%), die in 2020 ook een heropleving kenden. Volgens de gegevens over het vermogen van de Belgen vloeit er weinig spaargeld tijdens de coronacrisis naar obligaties, die nu een historisch laag aandeel (2,5%) van het totale financiële vermogen hebben bereikt.
“Deze ontwikkeling hoeft niet te verbazen, gezien de huidige lage of zelfs negatieve langetermijnrente”.
Charlotte de Montpellier, econome bij ING België
###
Einde bericht
1 ING International Survey. Enquête uitgevoerd door IPSOS begin december 2020 bij een representatieve steekproef van 13 782 personen in Europa en de Verenigde Staten, waarvan 1 011 in België. De vorige enquête werd uitgevoerd in mei 2020, waardoor we de resultaten kunnen vergelijken.
2 De consumptie is met 8,8% gedaald over het volledige jaar 2020 volgens de gegevens van de nationale rekeningen.
Persbericht ING Belgie - Gedwongen sparen bij gezinnen met hoger inkomen
PDF - 145 Kb
Studie ING Belgie - Focus Vermogen
PDF - 312 Kb