De Belgische belegger blijft optimistisch en gelooft niet in deflatie

De beleggersbarometer van ING blijft vrij optimistisch en wint 1 punt in juni. Het optimisme van de belegger over de economische toestand en de financiële markten verandert erg traag maar gaat de goede richting uit.

PERSBERICHT

Brussel, 15 juli 2014

Analyse de Philippe Ledent, senior economist ING Belgique

De BeleggersBarometer meet maandelijks het vertrouwen van de Belgische particuliere beleggers. Hij drukt m.a.w. het “beleggerssentiment” uit. Deze enquête, die uitgevoerd wordt door TNS, is een initiatief van ING in samenwerking met Universiteit Gent, De Tijd en L’Echo. Tot en met mei 2011 gebeurde de enquête telefonisch, sinds juni 2011 wordt ze online afgenomen.


De beleggersbarometer van ING blijft vrij optimistisch en wint 1 punt in juni. Het optimisme van de belegger over de economische toestand en de financiële markten verandert erg traag maar gaat de goede richting uit. De Belgische belegger gelooft momenteel niet in een deflatiescenario voor België. Toch wordt zijn gedrag ietwat beïnvloed door de lage rente, al is hij daarom niet bereid om grote risico's te nemen.

De beleggersbarometer wint weer een klein beetje terrein in juni, nadat hij twee maanden op rij was teruggevallen. Hij komt op 116 punten uit, wat nog altijd veel hoger is dan het neutrale peil van 100 punten. De lichte verbetering van de beleggersbarometer is hoofdzakelijk te danken aan het verwachte verloop van de economische situatie in België voor de komende drie maanden. Het percentage personen dat denkt dat de economische toestand onveranderd zal blijven, is immers met 3 punten gedaald, hoofdzakelijk ten voordele van de mensen die denken dat de situatie een beetje zal verbeteren (+4 punten). We zien trouwens een vergelijkbare evolutie voor de prognoses over de Belgische beursindex. 39% van de respondenten denkt dat de beurs de komende drie maanden ietwat zal stijgen (+4 punten tegenover mei), terwijl het aantal mensen dat meent dat de beurs over die periode stabiel zal blijven met 3 punten daalt.

Het is dan ook logisch dat de Belgische belegger zich meer aangetrokken voelt tot beleggingen in risicosectoren: terwijl in mei amper 19% het een gunstige periode voor risicovolle beleggingen vond, zijn er dat in juni 30%. Volledigheidshalve voegen we er wel aan toe dat het aantal respondenten dat afkerig is van risico's ook ietwat is gestegen. Ten slotte zijn de beleggers er nog altijd helemaal niet uit of het nu het juiste moment is om obligaties te kopen: 21% van de ondervraagden meent dat het een gunstige periode is, 34% denkt het tegenovergestelde en bij 37% zijn de meningen verdeeld. Het antwoordensaldo blijft toch in het nadeel van de obligaties.

Er is eigenlijk erg weinig verandering in de financiële situatie van de beleggers en hun gezin: 61% van de ondervraagden zegt dat ze de voorbije drie maanden niet is veranderd, de andere antwoorden zijn gelijkmatig verdeeld over de personen die hun situatie zien verbeteren en zij die zeggen dat ze is verslechterd.

De economische groei mag dan al terug op post zijn, het herstel verloopt nog altijd traag. De zeer zwakke inflatie doet trouwens almaar meer denken aan het Japanse scenario: deflatie dus. Momenteel gelooft de Belgische belegger daar wel niet echt in: 19% van de respondenten acht het waarschijnlijk of zeer waarschijnlijk, maar 46% vindt dit scenario onwaarschijnlijk of zeer onwaarschijnlijk. Volgens 31% van de respondenten is het noch waarschijnlijk noch onwaarschijnlijk.

Door de zeer zwakke inflatie en het trage herstel is de rente de voorbije jaren almaar gedaald. De Belgische belegger maakt zich trouwens niet echt illusies over het toekomstige renteverloop: 61% denkt dat de rente nog zal dalen, terwijl amper 10% een stijging verwacht. Volgens de economische theorie krijgen we in een dergelijk klimaat twee tegengestelde effecten: enerzijds de belegger die meer wil sparen om de dalende inkomsten uit zijn kapitaal op te vangen. Anderzijds zet de lage rente ertoe aan om minder te sparen en meer uit te geven omdat het spaargeld toch niet veel opbrengt. Het ziet ernaar uit dat het tweede effect momenteel de overhand heeft bij de Belgische belegger, want naast het feit dat 60% van de ondervraagden hun gedrag niet heeft gewijzigd ondanks de rentedaling, spaart 29% minder, terwijl slechts 9% de rentedaling tracht op te vangen door meer te sparen.

De rentedaling zet de beleggers wel niet aan tot onbezonnen risico's. 42% wil geen enkel risico nemen en aanvaardt dus een ultralage rente. 47% is bereid een beetje risico te nemen (kapitaal voor 95% gewaarborgd) in ruil voor wat meer rendement, maar amper 10% wil grotere risico's nemen. Dat verklaart zeker het succes van het spaarboekje in België. Mocht het belastingvoordeel op het spaarboekje echter verdwijnen, dan zal dat zeker ook een impact hebben op het gedrag van de belegger. Maar liefst 54% van de respondenten beweert immers dat ze dan (veel) minder geld op hun boekje zullen zetten. 38% zal zijn gedrag niet bijsturen.

___________________________

Voor meer informatie :
Persdienst : : + 32 2 547 24 84, pressoffice@ing.be
Philippe Ledent, senior economist : + 32 2 547.31.61, philippe.ledent@ing.be

Vanessa Zwaelens

Head of External Communication